Uit de nieuwste KNMI-klimaatscenario’s blijkt dat in elk scenario dat op basis van het meest recente IPCC-rapport is gemaakt, de zeespiegel in Nederland stijgt. Nu al met zo’n 2,9 millimeter per jaar. Eind deze eeuw zal de totale stijging ergens tussen de 26 en 124 centimeter zijn. Als de ijskap van Antarctica vóór 2100 instabiel wordt, kan de stijging zelfs oplopen tot 2,5 meter. We spraken erover met Hennie Wiersma-Den Dulk, Annemiek Jetten en Remco van Maurik.


'Dat het nog weer sneller gaat is geen verrassing, wel echt een tegenvaller'

Portret Hennie Wiersma-den DulkHennie Wiersma-Den Dulk

Heemraad waterschap Hollandse Delta


Verraste het nieuws over de snellere stijging?

'Het stond er al zo slecht voor in de scenario's. Dat het dan nóg weer sneller gaat, is geen verrassing, maar wel echt weer een tegenvaller. '

Wat nu?

'We zullen zelf dus ook nieuwe berekeningen moeten maken om te kijken hoe we ons het beste kunnen beschermen. De Deltacommissaris benadrukte ook dat we nu in een nog snellere actiestand zullen moeten gaan.'

Moet je daarbij rekening houden met die maximale stijgingen die het KNMI noemt?

'Het moet stap voor stap. Rekening houden met een maximale stijging is simpelweg niet te doen omdat het te duur is. Je kunt de natuur zijn werk laten doen door duinen te verbreden door natuurlijke werking. Dat doen we in Ouddorp bijvoorbeeld, bij de Springerduinen, door kerven in de duinen, waar de wind dan vrijer spel heeft en de duinenrij zo veel breder wordt. Daarnaast kun je aan de slag met dijkverhoging, maar dan worden ze ook breder en daar staan dan vaak weer woningen achter. Dat vereist maatwerk. Ook is er een plan om voor de kust extra duinen en/of dijken aan te leggen, waardoor je een soort binnenmeer krijgt voor de kust. Maar dat zijn heel grootschalige ingrepen. Welke aanpak gekozen wordt is nog niet duidelijk en voor zoiets groots is nu geen geld. We werken nu eerst aan ruimte voor de rivieren, zodat overstromingen zoals we die in het zuiden van het land zagen niet zo snel meer gebeuren.'

Wat kunnen randvoorwaarden zijn om snel ingrijpen mogelijk te maken als het mis gaat?

‘Sommige waterschappen hebben bijvoorbeeld geen last van de zeespiegelstijging, er zal wellicht een solidariteitsbijdrage aan hen gevraagd moeten worden. Ook moet je zorgen voor veilige plekken waar je naartoe kunt als er iets acuut mis gaat. Maar denk ook aan voorlichting aan bewoners, over wat te doen als de nood wel aan de man is, bij bijvoorbeeld een storm.’

Dat gaat over acute rampscenario’s, maar welke maatregelen kunnen we nu al nemen tegen zeespiegelstijging?

‘Verbreding van de duinenrij kan door de aanpak op Goeree. Versterken van de dijken betekent ook dat je ze mogelijk moet verhogen, zodát ze breder worden. Daarmee vang je de zeespiegelstijging voor een deel op. Dat kan niet overal. Ieder Waterschap neemt daarin verantwoordelijkheid. De Deltacommissaris coördineert, stukje bij beetje wordt er dus gewerkt aan het wapenen tegen de zeespiegelstijging, maar die nieuwe cijfers zullen daar dus weer in verwerkt moeten worden. En dat heeft ook grote financiële consequenties.’


Portret Annemiek JettenAnnemiek Jetten

Lid Algemeen Bestuur waterschap Brabantse Delta


In welke mate moet er eigenlijk worden samengewerkt tussen waterschappen en gebeurt dat al voldoende?

‘Nooit voldoende. Er wordt wel samengewerkt, maar de zeespiegelstijging is ook echt wel een rijksprobleem, voor Rijkswaterstaat dus. Ook daar kan de samenwerking wel een stuk beter mee. De vraag is of het verhogen van de dijken überhaupt de oplossing is. Je moet misschien wel meer toe naar andere vormen van bewoning in Nederland. We bouwen veel woningen in de randstad, terwijl dat met die zeespiegelstijging misschien niet het handigste is.’

Wat is de rol van de waterschappen hierin?

‘Zorgen dat je kosteneffectief voor de veiligheid zorgt. Dat is het bouwen van dure woningen in de Randstad dus niet. Nu is dat allemaal wel heel heftig natuurlijk, maar je moet dus hoe dan ook gezamenlijk nadenken hoe de inrichting van ons land beter kan.’

Dan concreet: stel dat de zeespiegelstijging richting de pakweg 1,5 meter gaat, wat moeten we dan nú doen?

‘In ieder geval heroverwegen waar je welke activiteiten gaat plannen. Investeer je in de meest kwetsbare gebieden voor overstromingen, of niet?’

Dat lijkt niet heel realistisch. De druk om te bouwen is heel groot en er wonen al vele miljoenen in kwetsbaar gebied. Is er een alternatief?

‘Kustversterking. Maar dan word je een heel laag land met hele hoge dijken. Anderhalve meter klinkt als niet zoveel, maar dat is het wel. Je moet water aan de zeekant tegen houden, maar er zijn ook steeds heftiger buien en daarmee ook meer extreme regenval in het binnenland die tot forse wateroverlast leiden. Daar helpt kustversterking niet tegen. Je moet dan investeren in het snel weg krijgen van water. Daarbij hebben we weer te maken met agrarisch gebruik van gronden, waarbij het systeem niet is ingericht op de aanpak van klimaatproblemen.’

Hoe dan wel?

‘Het zijn drie verschillende problemen: binnenwater door regen, door smeltwater uit de bergen dat via rivieren binnenkomt en dan zeespiegelstijging. Je moet pieken kunnen opvangen. Dat is te regelen, zowel vanuit rivieren als in de vorm van regen. Maar de zeespiegelstijging is een ander verhaal. Anderhalve meter is echt meer dan het klinkt. Bij 20 of 30 centimeter betekent het al dat je bredere duinen nodig hebt, met allerlei gevolgen voor de bestaande ruimtelijke inrichting. Opspuiten van nieuwe duinen vóór de kustlijn zou kunnen, maar is erg duur. Maar dat soort scenario’s moeten we dus verkennen.’


portret Remco van Maurik

Remco van Maurik

Lid Dagelijks Bestuur Wetterskip Fryslân


Is het nodig om nu al veel urgentie te creëren over de zeespiegelstijging waar Nederland pas over decennia echt last van heeft?

‘Het zijn dusdanige investeringen die je in dijken en andere zaken moet doen, dat je je programma’s op dit moment al moet aanpassen.’

Blijft het vaak wat abstract met de plannen?

‘Het zijn gebiedsontwikkelingsprocessen. Je moet bepalen waar een ophoging en verbreding komt te liggen. Ga je de Waddenzee in of naar de landkant toe? Dan heb je al een belangenconflict. Daarnaast liggen er ook allerlei koppelkansen, met biodiversiteit, met Natura2000, met particuliere belangen van ingezetenen die langs zo’n dijk wonen. Er moet worden doorgepakt, om te voorkomen dat we in tijdnood komen.’

Vanaf welke stijging krijgt Fryslân ook echt last?

‘Er zijn nu vooral risico’s. Het voordeel hier is dat de Waddenzee voor het vasteland ligt. Dat remt de gevolgen van zeespiegelstijging. Maar de vraag is dus ook: wil je de Waddenzee laten verdwijnen of mede ophogen? Die discussie wordt al gevoerd, waarbij ook wij pleiten voor behoud. Het probleem is: er is vaak een crisis nodig voor er echt massief wordt geïnvesteerd in grote plannen. Dan ben je dus al te laat. Dat urgentiegevoel is echt belangrijk.’

Omdat er ook smeltwater uit de bergen in het oosten komt ben je voor watermanagement deels afhankelijk van wat ze daar als beleid hebben. Wordt er ook internationaal samengewerkt?

‘Niet zozeer door ons waterschap, wel door de Unie van Waterschappen. Maar het grootste probleem is niet eens het smeltwater, maar hevige regenval. We hebben een programma gemaakt waarin toekomstige scenario’s worden uitgewerkt. Waterberging zit daar ook in, maar dat is een programma dat tot 2050 loopt, daar is dus veel tijd én urgentiegevoel - om dat geld te krijgen - voor nodig. Laat de klimaatscenario’s wel een oproep zijn aan ons allen om nu de schouders er onder te zetten. Dat is niet alleen een taak voor de waterschappen, maar ook voor de provincie en het Rijk. En ja, het kost geld.


Afbeelding: Irvin van Hemert | ANP