Eén wereld, duizend vrouwen. Dat is het thema van Internationale Vrouwendag 2024. Het gaat over de verschillen en overeenkomsten tussen vrouwen in Nederland uit verschillende culturen. Wij vroegen Soemya Amghar uit Vijfheerenlanden, Rachida Issaoui uit Amersfoort en Afrah Abdullah uit Leeuwarden wat voor invloed hun etnische achtergrond heeft op hun functioneren in de politiek.


‘Ik merk dat ik zaken vrij gemakkelijk vanuit verschillende perspectieven en belangen kan zien.'

Portret SoemyaSoemya Amghar

Raadslid in Vijfheerenlanden

 


Er staat een artikel online met als kop: ‘Soemya Amghar kan het eerste Marokkaanse raadslid worden in Vijfheerenlanden. Je bent geboren in Leerdam. Wat vind je van zo’n kop?

‘In eerste instantie ben ik natuurlijk wel trots dat ik het eerste raadslid ben van Marokkaanse afkomst, maar ik vind het ook jammer dat afkomst zo wordt benadrukt. Want met zo’n kop leren we onze kinderen verschillen te benadrukken en dat werkt stigmatiserend. Tegelijkertijd weet ik dat het in sommige gevallen juist een ‘unique selling point’ kan zijn. Zeker als het erom gaat jongeren met ook een Marokkaanse achtergrond te enthousiasmeren voor de politiek. Dit neemt niet weg dat ik altijd word herinnerd aan het feit dat ik van een andere afkomst ben, ook al voel ik dat niet altijd zo. Geboren en getogen in Leerdam, voel ik mij vooral een Leerdammer.’

Heb je er in de lokale politiek last of profijt van dat je een andere achtergrond hebt?

‘Ik denk niet dat het heel veel uitmaakt. Nu niet meer althans. In het begin van mijn raadslidmaatschap kwamen er bijvoorbeeld positieve opmerkingen over mijn functioneren waarin een soort lichtelijke verbazing zat. Dan vraag je je dus af of die verbazing er dan is vanwege je afkomst, of bijvoorbeeld omdat ik rustig en jong oog. Dat is ontzettend lastig, want als je er al naar zou vragen, dan zeggen mensen dat het natúúrlijk niet vanwege je afkomst is.’

Maar dat is het wel?

‘Het speelt in ieder geval. Ik ben niet blind voor de waarheid en heb ook niet het geloof dat iedereen de verlichting heeft bereikt en vrij is van vooroordelen en aannames. Iedereen heeft vooroordelen, bewust of onbewust. Ikzelf ook. Daarnaast heb ik mijn eigen praktijkervaring waarin ik wel vaker bepaalde uitspraken heb gehoord. Zo gebeurt het mij wel eens dat mensen tegen mij zeggen dat Marokkanen asociaal zijn, ‘maar jíj niet hoor!' Dat soort discriminerende uitspraken blijven me wel bij.’

Hoe kun je je daartegen wapenen?

‘In het begin kon ik goed kwaad worden om dat soort uitspraken. Ik heb twee master diploma’s gehaald en ik werk heel hard. Misschien doe ik dat, omdat ik onbewust toch het gevoel heb dat ik me moet bewijzen. Inmiddels weet ik dat dit soort uitspraken vooral zijn gebaseerd op onwetendheid. Ik vind het lastig boos te worden op mensen die onwetend zijn. Nu heb ik eerder medelijden met ze, omdat ze de wereld niet goed snappen en waarschijnlijk ook niet veel mensen met een andere achtergrond kénnen.’

Pak je zaken anders aan dan andere vrouwelijke lokale politici door je achtergrond?

‘Ik merk dat ik zaken vrij gemakkelijk vanuit verschillende perspectieven en belangen kan zien. Ik denk zeker wel dat mijn eigen culturele achtergrond daarin een rol speelt. Opgroeien met de Marokkaanse en Nederlandse cultuur heeft mij geleerd vanuit verschillende ervaringen naar vraagstukken te kijken. Maar dit kan een aanname zijn, want ik vind het ontzettend lastig om te duiden of iets met je culturele achtergrond of met je persoonlijkheid heeft te maken.’


‘In deze tijd van polarisatie en verharding wordt de deskundigheid en ervaring die je hebt soms onderschat.’

Portret AfrahAfrah Abdullah

Raadslid in Leeuwarden

 


Je komt uit Somaliland, wat betekent je etnische afkomst in de Nederlandse politiek voor jou?

‘Extra hard werken. Als je een vrouw bent moet je al meer je best doen om je te bewijzen. Als je daarbij een andere afkomst hebt én een hoofddoek draagt, dan is dat nog meer het geval. Dan wordt in het algemeen al snel gedacht dat je niet zoveel kunt en stellen mensen bijvoorbeeld voor dat ik iets samen met een ander oppak, ‘want alleen zal wel lastig zijn.’ Of ik kom in een kroeg, waar een ‘hoofddoek niet hoort.’ Vaak moet ik bewijzen dat de verpakking niks zegt over de inhoud. Ik moet veel meer uitleggen, veel meer terugkoppelen, veel meer toelichten.’

Is dat niet enorm vermoeiend?

‘Het kan wel eens eenzaam voelen. Gelukkig ben ik een sociaal iemand die goed kan praten, maar ik kom niet voor een sociaal praatje. Ik kom om een boodschap te brengen. En daar moet ik door al dit soort gedoe soms met veel omwegen naartoe werken. Mijn missie is bruggen bouwen, met elkaar praten. Dat hebben we nodig, want onbekend maakt onbemind.’

Welke overeenkomsten zie je met vrouwelijke politici zonder een migratie-achtergrond? En welke verschillen?

‘Ik ben zover ik weet het eerste raadslid met hoofddoek in Friesland. Dat zorgt er dus voor dat ik op een andere manier word benaderd. De meerderheid in onze fractie is vrouw. Dat helpt wel om een sterk blok te vormen. Overeenkomsten met andere vrouwen zijn dat we vaak met kinderen zitten, waardoor we niet met alles mee kunnen doen. Het is niet altijd zo dat de partner kan inspringen, want ik ben bijvoorbeeld alleenstaand. Alleenstaande ouders zijn een groeiende groep in Nederland, maar ’s avonds is er geen opvang voor raadswerk.’

Je hebt inclusie en diversiteit in je portefeuille. Is je buitenlandse achtergrond daarbij een voor- of juist een nadeel?

‘In deze tijd van polarisatie en verharding wordt de deskundigheid en ervaring die je hebt soms onderschat. Je sensoren zijn anders als je een andere etnische achtergrond hebt, simpelweg omdat je al praktijkervaringen hebt. Dat lijkt me nuttig. Wel moet je oppassen dat je niet een persoonlijk verhaal gaat vertellen. Wat mij erg irriteert, is dat diversiteit en inclusie een van de weinige portefeuilles is zonder budget. Maar dat is weer een heel ander verhaal waar ik me de komende periode op stort.’


‘Maak zogenaamd grappige opmerkingen die voor jou niet fijn voelen, bespreekbaar.’

Portret RachidaRachida Issaoui

Raadslid in Amersfoort

 


Hoe is het om in Nederland een vrouwelijke politica te zijn met ouders uit Marokko?

‘Als vrouw met Marokkaanse ouders merk ik dat ik bijdraag aan de diversiteit binnen de politiek en fungeer als een stem voor gemeenschappen die misschien zijn ondervertegenwoordigd. Ik ben geboren en getogen in Nederland. Dat kan verrijkend, maar soms ook uitdagend zijn, omdat ik mijn identiteit probeer te behouden en tegelijkertijd de belangen van de bredere samenleving behartig. Als politica is het voor mij van groot belang om toegankelijk te zijn voor alle inwoners van Amersfoort, ongeacht hun achtergrond. Dat ik als vrouw met een migratieachtergrond in de politiek actief ben, kan een kans zijn om bruggen te bouwen tussen verschillende gemeenschappen en beleid te beïnvloeden dat relevant is voor uiteenlopende groepen burgers.’

Iedereen heeft allerlei soorten achtergronden, variërend van studie tot werk en van geboorteplaats tot etniciteit. Wegen al die zaken in de politiek in de praktijk even zwaar?

‘Mijn ervaring is dat politici met uiteenlopende achtergronden verschillende perspectieven en vaardigheden kunnen toevoegen aan de politieke wereld. In de praktijk kunnen zij succesvol zijn, maar het uiteindelijke oordeel hangt vaak af van hoe goed ze kunnen inspelen op de behoeften en verwachtingen van hun kiezers. Het kan ook afhangen van de mate waarin het politieke systeem en de samenleving openstaan voor diversiteit en inclusiviteit.’

Je hebt inclusie in je portefeuille. Neem je dan ook eigen ervaringen mee in je voorstellen en andere inbreng?

‘Ik werk in Amersfoort aan onder meer het introduceren en ondersteunen van beleid dat is gericht op het bevorderen van inclusie met maatregelen die gelijke kansen, diversiteit en non-discriminatie bevorderen. Momenteel ben ik met twee andere politieke partijen bezig om duidelijk te maken dat BOA's met een religieuze achtergrond of andere kenmerken - bijvoorbeeld cultuur, geslacht of gerichtheid - hun functie niet minder neutraal uitoefenen dan anderen. Het kunnen dragen van een religieuze uiting bijvoorbeeld kan bijdragen aan de toegankelijkheid, herkenbaarheid en het vertrouwen in de overheid. Als jonge vrouw droomde ik van een loopbaan bij de politie als agent. Terwijl mijn hidjab voor mij als een verrijking voelt, werd dit door de minister als belemmering gezien. Het zal mij niet in de weg staan om me te blijven inzetten voor inclusie en diversiteit. Het gaat ook om het creëren van een cultuur waarin verschillen worden gewaardeerd. De politie pleit overigens juist voor diversiteit en heeft mij inmiddels aangenomen.’

Wat zijn de overeenkomsten en verschillen met vrouwelijke collega’s met een andere etnische achtergrond en met mannelijke collega’s?

‘In de Amersfoortse gemeenteraad wordt een inclusieve cultuur bevorderd. Ik trad als eerste moslima toe tot de gemeenteraad. Voor mij was het heel erg belangrijk trouw te blijven aan mezelf en mijn normen en waarden. Het is fijn als mensen in de politiek en de maatschappij mij steunen en waarderen om wie ik ben. Als vrouwen binnen de raad steunen wij elkaar ook; het waren de vrouwen van de Amersfoortse gemeenteraad die mij vroegen of ik de politiek in wilde. De vrouwelijke raadsleden praten ook met elkaar over bijvoorbeeld hoe wij behandeld willen worden en hoe we nog meer leiderschap kunnen tonen. Per slot van rekening is de meerderheid in de politiek man. Wij staan niet ons mannetje, maar ons vrouwtje.’

Hoe wapen je je ertegen als je kwetsend wordt benaderd, al dan niet door mensen die iets ‘grappig’ bedoelen?

‘Maak zogenaamd grappige opmerkingen die voor jou niet fijn voelen, bespreekbaar. Zo zorg je er ook voor dat de ander tot inzicht komt over zijn of haar communicatie. En als vrouw, werknemer, raadslid moet je weten waar je kan aankloppen. Er zijn altijd mensen bij wie je terecht kunt. Binnen elke organisatie is hier, als het goed is, een protocol voor. Ken je route. Bij mijn kennismaking met onze burgemeester was het eerste wat hij zei: ‘weet me te vinden als iemand vervelend tegen je doet’ en ‘blijf hier niet mee rondlopen’. Mijn advies aan iedere vrouw is: laat je niet vervelend behandelen. Als er iets gebeurt op de werkvloer of privé, deel dat dan met een vertrouwenspersoon. Kom voor jezelf op!’


Afbeelding: Malin Rosenqvist, Ikon Images | ANP