De Spreidingswet is een wet die niemand echt omarmt. Politici in de Tweede Kamer, van links tot rechts, hebben er problemen mee. Toch komt die er. Hoe erg is dat? En zijn er alternatieven?


Volgens critici van onder andere de Vereniging van Nederlandse Gemeenten, het Interprovinciaal Overleg en het Veiligheidsberaad, maar ook de Raad van State is de wet moeilijk uitvoerbaar. Desondanks past staatssecretaris Eric van den Burg de wet, die uit een politiek compromis is ontstaan, niet aan.

Of het komende zomer weer een crisis wordt voor de poorten van Ter Apel? Commissaris van de Koning Jetta Klijnsma van Drenthe laat zich er liever niet over uit. Vooralsnog lijkt de verwachting dat dezelfde ramp zich niet weer gaat voltrekken, maar ze prijst de gemeente Assen in haar provincie wel. ‘Zij hebben de Expo Hal bij het TT-circuit aangeboden als wachtkamer voor Ter Apel. Je zou willen dat er nog twee of drie stoere gemeenten zijn die zich aanbieden als overloopplek.’

Klijnsma: Goed dat Assen de nek uitsteekt 

Klijnsma is een van de gezichten die bij de Tweede Kamer heeft gepleit voor een betere spreidingswet, als lid van de Kring van Commissarissen van de Koning. Haar grootste kritiek: de onduidelijkheid van de wet. ‘Ik heb destijds samen met Hubert Bruls als voorzitter van het Veiligheidsberaad een brief gestuurd aan Mark Rutte, met de vraag om hier een goede wet voor te maken. We hebben een beroep gedaan op de rol die hij heeft als minister-president, om hier goed over mee te denken.’

De wet kwam er, maar voldoet niet aan de verwachting: ‘Als je bijvoorbeeld kijkt naar statushouders, dan weet iedere gemeente nauwgezet waarvoor ze aan de lat staat. Bij Oekraïners zie je dat het tot nu toe op basis van vrijwilligheid nog wel goed loopt. Maar bij asielzoekers is het een ander verhaal. Als buren van Ter Apel wordt de druk bij ons in de regio nog wel gevoeld om te helpen, maar hoe verder weg je gaat, hoe minder gemeenten bereid zijn om mee te werken aan een oplossing. Dat wordt nog eens versterkt doordat het een politiek issue is geworden.’

Tijdens een gesprek met de Tweede Kamer zat de commissaris aan tafel met de VNG, IPO en Veiligheidsberaad. ‘Ik denk dat we zelden zo’n eensgezind, eenduidig verhaal hebben laten horen. Het is ook veelzeggend als een partij als de VNG eigenlijk tegen het Rijk zegt dat ze een heldere wet nodig hebben en dat ze het liefst van bovenaf opgelegd krijgen wat de taakstelling is. Dat is best stoer van de VNG, want normaal gesproken vragen medeoverheden niet om taakstellingen.’

Regietafels

In Drenthe probeert Klijnsma eruit te komen met gemeenten aan provinciale regietafels: ‘Wij hebben twaalf gemeenten en proberen samen de puzzel te leggen wie waar nog ruimte heeft: wie bijvoorbeeld al veel statushouders opvangt, omdat er veel sociale huur is en wie misschien juist weer meer ruimte heeft voor asielzoekers. Ik vind de oplossing eigenlijk heel simpel.’

Klijnsma: In Drenthe komen we er wel uit 

Klijnsma stelt dat ze ook haar ogen niet sluit voor de problematiek die een kleine groep zogeheten veiligelanders veroorzaakt. ‘Een deel van hen verstiert het en daar moet als de wiedeweerga wat aan gedaan worden. Hierdoor verkleint het draagvlak voor asielzoekersopvang.’

Onwerkbaar

De commissaris van Drenthe noemt de twee rondes (tranches), waar de wet in is verdeeld, een struikelblok: ‘In de eerste tranche kunnen gemeenten zichzelf vrijwillig aanmelden en krijgen ze een bonus. Ik heb niets tegen bonussen, maar volgens mij zijn die niet nodig, omdat er op zich genoeg gemeenten zijn die zich willen aansluiten. Ze zijn vooral mooi meegenomen, maar het gaat erom dat we samen de schouders eronder zetten.’

Daarna gaat het pas echt mis, volgens Klijnsma: ‘In de tweede tranche komen andere gemeenten aan bod. Maar ook de gemeenten die zich al eerder hebben aangemeld, kunnen alsnog extra plaatsen toegewezen krijgen. Eén steekt daarbij z’n nek uit, de ander duikt en dan moet de welwillende gemeente in de tweede ronde nog een keer aan de bak. Dat voelt oneerlijk.’

Celik: De VVD heeft de wet onuitvoerbaar gemaakt 

De Tilburgse wethouder Yusuf Celik stelt het nog wat scherper dan Klijnsma: ‘De Spreidingswet is door toedoen van de VVD-fractie aangepast en daardoor in de uitvoering onwerkbaar gemaakt. De eerste en tweede fase van het inbrengen van opvanglocaties drukt extra zwaar op de gemeenten, die vooroplopen met het beschikbaar stellen van locaties. De opvangplekken die nog overblijven na fase 1, worden in fase 2 over het totaal aantal gemeenten herverdeeld. Tel daar nog de verkeerde prikkel van de achteraf toegevoegde bonus-malusregeling op en je ziet dat gemeenten kunnen gaan rekenen.’

‘Afspraken over verdeling van opvang asielzoekers moeten gewoon gemaakt worden,’ gaat Celik verder. ‘Iedere gemeente doet zijn deel. In Tilburg zijn in de afgelopen tijd twee nieuwe locaties geopend. Dat de één verantwoordelijkheid neemt en de ander niet thuis geeft, is slecht voor de solidariteit tussen gemeenten en bovendien funest voor het draagvlak in de samenleving. De Spreidingswet is juist bedoeld om de opvang eerlijk te verdelen.’

Duidelijkheid scheppen

Volgens Celik is er maar een weg vooruit. ‘Duidelijkheid over de taakstelling maakt dat we uit de crisissfeer komen en kunnen werken aan een duurzame, robuuste en flexibele opvangketen. Migratie is geen onvoorspelbaar natuurfenomeen. Daar is een plan voor op te stellen en beleid op te maken.’ Ook signaleert Celik dat opvang voor Oekraïners soepeler verloopt: ‘Bij asielzoekers lijken er andere sentimenten te spelen, die uitmonden in een politiek spel.’

Celik: Migratie geen onvoorspelbaar natuurfenomeen

Het Rijk moet volgens Celik vooral de Uitvoeringsagenda Flexibilisering Asielketen volgen, die inspeelt op steeds veranderende omstandigheden rondom bijvoorbeeld krapte op de woningmarkt. ‘Daarin is beschreven hoe er naar een toekomstgerichte asielketen gekomen kan worden. Kleinschalig en flexibel. Laten we elkaar houden aan die stip en uitvoeren.’

Daarnaast dringt hij er ook op aan om de voorgestelde wijzigingen door VNG over te nemen: ‘Wijs de taakstelling toe op basis van inwoneraantal, net zoals met toewijzing van statushouders. Haal de bonus-malusregeling uit de wet. Houd het simpel, maak het uitvoerbaar voor gemeenten.’

Op adem komen

Klijnsma mist nu de spreekwoordelijke stok achter de deur vanuit het Rijk om gemeenten echt te dwingen om asielzoekers op te nemen. ‘En daarom zeg ik ook dat als de politiek niet gaat vliegen om deze wet te versimpelen, dan heb ik liever dat ze ‘m aannemen zoals ie nu voorligt dan dat we geen wet hebben.’

Ze hoopt dat de Tweede Kamerleden het advies van de Raad van State ter harte nemen. ‘Gelukkig zie je dat ons Kamerlid Piri er goed in zit en de (politieke) ingewikkeldheden goed door heeft. Ze begrijpt ook wat mensen overkomt. Weet je, je zou zelf maar moeten vluchten, dan wil je toch ook ergens opgevangen worden waar het veilig is? Je gunt deze mensen toch ook dat ze na die vaak waanzinnige tochten op een rustige, veilige plek op adem kunnen komen?’


Afbeelding: Kees van de Veen | ANP