Het was de afgelopen vier jaar vaak tanden knarsen. Ondanks een linkse meerderheid toch rechts beleid. ‘Frustrerend wel ja,’ verzucht de Amsterdamse fractievoorzitter en lijstrekker Marjolein Moorman. Maar sinds een half jaar is er voorzichtig een kentering gaande. Zeker nadat Rutte III het regeerakkoord presenteerde, weten coalitiepartij SP en oppositiepartijen PvdA en GroenLinks elkaar te vinden.

‘Dit kabinet kiest heel duidelijk voor de markt,’ zegt Moorman. En laat die markt in Amsterdam nu net voor behoorlijk wat ellende zorgen. ‘Het was al lastig om een plekje in Amsterdam te vinden. Lastig, maar niet onmogelijk. Je kon altijd wel terecht op een zolder of tijdelijk oppassen op het appartement van een vriend.’ De tijd dat je vanuit een tijdelijk onderkomen rustig op zoek kon naar een geschikte woning, is echter geweest. ‘Alles wat los en vast zit, wordt verhuurd tegen een zo hoog mogelijke huur. Vaak aan toeristen en expats, gewone Amsterdammers kunnen het niet ophoesten.’

Het kabinet kiest duidelijk voor de markt

Deze ontwikkeling lijkt alleen met stevige sturing van de overheid te stoppen. Juist daarom werd er door Moorman reikhalzend uitgekeken naar de plannen van VVD, CDA, D66 en CU. ‘Maar Amsterdam komt er bekaaid vanaf. De problemen op de woningmarkt zullen bijvoorbeeld alleen maar groter worden: de verhuurdersheffing blijft, terwijl vastgoedbeleggers en huisjesmelkers hun gang kunnen blijven gaan.’

Gezamenlijke afkeer

En daarin staat de PvdA niet alleen. ‘GroenLinks en de SP denken er net zo over.’ Niet alleen op het gebied van wonen weten de drie elkaar te vinden, ook op terreinen als onderwijs, duurzaamheid en werk en inkomen blijken de overeenkomsten groter dan de verschillen. Een en ander resulteerde in een geslaagde debatavond in De Balie én een gezamenlijk manifest Wij kiezen voor Amsterdam. Moorman is enthousiast. ‘Juist nu Amsterdam links en rechts (naast DENK doen BIJ1 en FvD mee, red.) dreigt te versplinteren, is het belangrijk dat we laten zien dat er wel degelijk een alternatief is. Richting de verkiezingen staan er meer gezamenlijke activiteiten op stapel.’

Met rechts blijven er geen betaalbare woningen over in de stad

Ook in Den Haag, waar die versplintering al lang en breed een feit is, wordt die urgentie gevoeld, zegt fractievoorzitter en lijsttrekker Martijn Balster. Met GroenLinks en SP werd het sociaal manifest Samen voor een Den Haag van ons allemaal gesloten. Het is de bedoeling dat de Haagse Stadspartij zich uiteindelijk bij de drie aansluit. ‘We vormen een blok. Ook tegen D66.’ Want hoewel die partij best progressieve kanten heeft, is het sociaaleconomisch gewoon rechts. ‘Als we het aan partijen als D66 en de VVD overlaten, is er binnenkort geen betaalbare woning meer in Den Haag te vinden. Dus in plaats van elkaar als links vliegen af te vangen, kiezen we voor de aanval op rechts.’

Effectieve partijpolitieke samenwerking

Progressieve samenwerking op lokaal en nationaal niveau. Het heeft even geduurd, maar dan heb je ook wat. In de andere twee steden van de grote vier wordt eveneens de samenwerking gezocht. Volgens politicologe Sarah de Lange, bijzonder hoogleraar aan de UvA, lenen die steden zich daar prima voor. Om succesvol te zijn moet partijpolitieke samenwerking in het algemeen en een stembusakkoord in het bijzonder aan een aantal voorwaarden voldoen. ‘De lokale politiek is vaak weinig ideologisch en behoorlijk bestuurlijk. Er is geen politieke strijd. Als je dan ineens met een stembusakkoord komt, is dat weinig geloofwaardig. In de grote steden wordt wel degelijk politiek bedreven. Dus dan heb je met zo’n samenwerking een helder alternatief.’

Alleen als er een duidelijke ideologische strijd wordt geleverd, heeft een stembusakkoord zin

De tweede voorwaarde ligt daar in het verlengde van, legt De Lange uit. ‘Als je samen kan rekenen op maximaal drie of vier zetels in een verder rechtse gemeente is het de vraag of je voldoende punten uit je stembusakkoord in het coalitieakkoord kan krijgen. Lukt dat niet, dan tast dat je geloofwaardigheid aan.’ In zulke gemeenten kan je beter aan andere vormen van samenwerking denken. ‘Als de kiesdrempel in zicht is en je samen met de andere partijen op links nog een zetel kan halen, lijkt me een gezamenlijke lijst een hele goede optie.’

Ondertussen in Noord-Drenthe

In de grote steden iszo’n meerderheid of haalbaar. Op het platteland ligt dat anders. Toch deinst wethouder en lijsttrekker in de gemeente Noordenveld Alex Wekema er niet voor terug om het gezamenlijke programma met GroenLinks een stembusakkoord te noemen. ‘Samen met GroenLinks zijn we rond de tafel gaan zitten en tot een verkiezingsprogramma gekomen. Een stembusakkoord waar we samen de hort mee op gaan.’

Dat ging verrassend vlot. ‘Natuurlijk leggen wij iets meer de nadruk op zorg en sociaal, en zij iets meer op duurzaamheid, maar we zijn het eigenlijk gewoon eens,’  Een gezamenlijke lijst was voorlopig een brug te ver. ‘Nog wel, ik zie dat in principe wel zitten. Maar veel leden niet.’

Met zijn tweeën sta je gewoon sterker

Afgezien van de lijst doen de partijen tijdens en na de campagne alles samen. Letterlijk. ‘Bij het canvassen staat er een rood jasje en groen jasje voor de deur,’ zegt Wekema. De wethouder denkt met de samenwerking meer voor elkaar te boksen. ‘We hebben nu drie zetels, GroenLinks twee. Met een beetje mazzel krijgen we er allebei een zetel bij. Dan zit je op in totaal zeven zetels. Evenveel als de grootste partij nu. Dus dat maakt wel indruk bij de coalitieonderhandelingen.’

De twee partijen hebben ook voor na de verkiezingen afspraken gemaakt, zegt Wekema. ‘We gaan alleen samen een coalitie in en de grootste partij levert de wethouder.’ Wekema zou er graag een periode aan vast plakken. ‘Maar als GroenLinks groter wordt, dan is dat maar zo. Het belangrijkste is dat we samen meer kunnen betekenen voor onze inwoners dan in ons eentje.’

Zeker geen fusie

Hoewel Balster en Moorman het daar roerend mee eens zijn, houden ze een slag om de arm als het gaat om de samenwerking na de verkiezingen. De intentie is er zeker, maar de uitslag nog niet. ‘Je weet gewoon niet wat het gaat worden. Door je vooraf in te graven zet je jezelf al snel buitenspel. Dat lijkt me niet verstandig,’ aldus Balster. ‘Maar het is duidelijk, dat we elkaar zolang mogelijk vasthouden.’

Het blijven immers aparte partijen. ‘Dus we vertellen gewoon het PvdA-verhaal,’ zegt Moorman. De angst dat de PvdA zich in zo’n progressief verbond niet voldoende kan profileren, deelt ze dan ook niet. ‘Van een fusie is geen sprake. Verschillen zijn er wel degelijk. Cameratoezicht bijvoorbeeld. We willen zeker niet de hele stad volhangen, zoals de VVD. Maar waar het helpt, moet je het niet laten. Als PvdA zijn we geen getuigenispartij, dat is bij onze progressieve vrienden soms wel anders.’

Bijschrift afbeelding: In het verleden stonden Marjolein Moorman en Rutger Groot Wassink (GroenLinks) vaak lijnrecht tegenover wethouder Laurens Ivens van de SP (niet op foto). Inmiddels hebben de drie elkaar gevonden.

Afbeelding: Rink Hof | Hollandse Hoogte