Uit de Kamer

Waar vult de Kamer haar dagen eigenlijk mee? En zijn er nog zaken die extra aandacht van lokale bestuurders verdienen? Eens in de maand licht senior-beleidsmedewerker Ton Langenhuyzen twee interessante zaken uit de schijnbaar onuitputtelijke stroom van moties, amendementen en spoeddebatten. Ditmaal over experimenteren met de lokale democratie en verdringing door de tegenprestatie in de bijstand.

Experimenteren met de lokale democratie

‘Democratie is meer dan een keer in de vier jaar naar de stembus gaan.’ Met deze nauwelijks nog omstreden stelling begon Manon Fokke haar inbreng bij het debat over de begroting van Binnenlandse Zaken. Desondanks lijkt het nog niet erg op te schieten met de democratische vernieuwing. Terwijl in veel gemeenten al allerlei initiatieven, zoals de G1000, zijn ondernomen, loopt de Kamer nog een beetje achter de feiten aan. Aan een gebrek aan ideeën kan het in ieder geval niet liggen: rapporten van commissies, een denktank van de VNG en recent nog een groep, die onder de naam Code Oranje ideeën voor vernieuwing van de democratie hebben gelanceerd, liggen allemaal op de plank.

Over één ding zijn alle partijen in de Kamer het eens: er moet iets veranderen. Dat wil niet zeggen, dat de landelijke politiek de kaders gaat bepalen en het voor de lokale democratie van bovenaf gaat regelen. Integendeel. De landelijke politiek zal de lokale politiek de ruimte moeten geven om te experimenteren met initiatieven voor democratische vernieuwing. Democratische vernieuwing is volgens Fokke het best mogelijk door gemeenten en de burger zelf de regie te geven.

Zij heeft minister Plasterk daarom per motie opgeroepen om experimenten vanuit de lokale democratie te gaan peilen. De minister moet de lokale democratie bovendien de ruimte gunnen om deze experimenten ook uit te voeren. Daarbij mag de Gemeentewet geen belemmering zijn.

De gemeenteraad staat aan het hoofd van de gemeente. Dat verander je niet zomaar, als je dat al zou willen

Minister Plasterk omarmde dit. Hij wees er op al jaren voorstander te zijn van burgerparticipatie in het lokale bestuur. Hij deelde de mening dat dit van onderaf opgepakt moet worden. De wet legt wel enkele beperkingen op: de Grondwet bepaalt immers dat de gemeenteraad aan het hoofd van een gemeente staat en dat die direct gekozen wordt. Dat verander je niet zomaar, als je dat al zou willen.

Binnen die kaders is echter veel mogelijk. Burgerzetels in de raadzaal en het betrekken van burgers bij de besluitvorming is bijvoorbeeld allemaal binnen de Grond- of Gemeentewet te realiseren. De minister: ‘Wanneer gemeentebesturen daarmee willen experimenteren, dan hebben ze mijn steun.’

Verdringing door tegenprestatie bijstand

Vakbond FNV heeft onlangs onderzoek gedaan naar de verdringing van betaald werk door mensen, die met behoud van uitkering moeten werken. Aan gemeenten werd gevraagd wat zij eraan deden om deze verdringing te voorkomen. Slechts de helft van de 149 ondervraagde gemeenten bleek hierop beleid te voeren.

John Kerstens stelde daarom schriftelijke vragen aan staatssecretaris Jetta Klijnsma. Zij deelde de mening, dat verdringing van regulier werk moet worden tegengegaan. Klijnsma gaf aan, dat er een aantal voorwaarden gelden om te voorkomen dat er met de tegenprestatie reguliere werkgelegenheid wordt verdrongen. Zo moet het werken met behoud van uitkering binnen een periode van ongeveer zes maanden de kans op regulier werk verbeteren.

Dat uit het onderzoek van FNV blijkt dat veel gemeenten hun zaken niet op orde hebben, betekent niet dat de Rijksoverheid gemeenten ergens toe kan dwingen. Klijnsma wijst er op, dat het aan de gemeenten zelf is om ‘te bepalen op welke wijze zij het tegengaan van verdringing borgen.’ Zij is dan ook niet van plan om, zoals Kerstens vroeg, gemeenten dwingendere regels op te leggen.

Wel heeft de staatssecretaris gemeenten bij herhaling gewezen op de verdringing. Zo zouden gemeenten in hun re-integratieverordening op kunnen nemen, hoe zij hun beleid vormgeven met betrekking tot het tegengaan van verdringing.

 

Bijschrift afbeelding: De tegenprestatie in de Rotterdamse praktijk 

Afbeelding: Arie Kievit | Hollandse Hoogte

 

ton langenhuyzenContactgegevens:

T: 070-3182792
E: 
t.langenhuyzen@tweedekamer.nl