Nu de Wet Normering Topinkomens (WNT) een paar jaar functioneert is het tijd voor een evaluatie. Zorgt deze wet er inderdaad voor dat de vastgestelde inkomensnormen voor topfunctionarissen bij de (semi-)publiek overheid niet overschreden worden? Goed nieuws!  Bovenmatige bezoldigingen worden door deze wet inderdaad tegengegaan. Al zitten, vanwege een overgangsregeling, nog niet alle topfunctionarissen op een salaris van maximaal 179.000 euro. John Kerstens constateerde bij het overleg met minister Plasterk dat de WNT weliswaar werkt, maar dat instellingen en topfunctionarissen de grenzen van de wet blijven opzoeken of zelfs proberen te overschrijden. En uit de antwoorden op tal van schriftelijke vragen van hem blijkt dat de creativiteit om deze grenzen op te zoeken groot is en dat alertheid dus op zijn plaats blijft. Kerstens juicht het toe dat de WNT wordt uitgebreid waardoor straks alle functionarissen bij de (semi-)overheid er onder gaan vallen, dus niet alleen de topfunctionarissen. Dit is ook in het regeerakkoord afgesproken.
Voor gemeenten is het bovendien belangrijk dat zij handvatten krijgen om om te gaan met (te) hoge salarissen bij gesubsidieerde instellingen. Veel gemeenten willen terecht afzien van het subsidieren van dergelijke instellingen óf zij willen de mogelijkheid hebben om andere eisen aan de salarissen te kunnen stellen. Want ook op gemeentelijk niveau geldt dat met publieke middelen geen torenhoge salarissen moeten worden betaald. Er wordt weliswaar aan een modelaanpak gewerkt om de decentrale overheden handvatten te geven hoe zij hier mee om kunnen gaan, maar die modelaanpak lijkt gemeenten toch te weinig handvatten te geven. Kerstens denkt dat een wetswijziging nodig is om meer duidelijkheid te bieden.

Geen wijn tijdens winkelen?
Plannen van gemeenten om te experimenteren met het toestaan van het schenken van alcohol in winkels wordt door Marith Volp kritisch gevolgd. De vermenging van retail en horeca is in het kader van het terugdringen van overmatig alcoholgebruik op zijn minst risicovol. Dergelijke experimenten botsen dan ook al snel met de Drank- en Horecawet. Uit antwoorden op kamervragen van Volp blijkt dat ook staatssecretaris Van Rijn van Volksgezondheid, Welzijn en Sport terughoudend is als het om dergelijke experimenten gaat. Hij spreekt in die antwoorden uit dat een VNG-pilot, waarin gemeenten worden opgeroepen om te experimenteren met een aantal  regels uit de Drank- en Horecawet, in strijd is met zijn alcoholbeleid en ook in strijd met het alcoholbeleid van de meeste gemeenten. De staatssecretaris herhaalde dat ‘plannen die zouden leiden tot supermarktbars en caféwinkels’ op grond van de wet  verboden zijn. Ook deelde hij de mening dat de Drank- en Horecawet niet moet worden opgenomen in de Experimentenwet voor gemeenten. Hopelijk is dit signaal duidelijk genoeg om de VNG en sommige gemeenten er van te doordringen dat de Drank- en Horecawet moet worden nageleefd en dat het ook niet perse nodig is dat er buiten de daarvoor bedoelde horecagelegenheden drank wordt geschonken.

Foto: Shutterstock

ton_1.pngDeze rubriek wordt samengesteld door Ton Langenhuyzen (beleidsmedewerker Tweede Kamerfractie) 

Contactgegevens Ton:
T. 070-3182792
M. t.langenhuyzen@tweedekamer.nl