Met de toenemende vergrijzing zijn mantelzorgers hard nodig; zij ontlasten de zorg. Daarnaast drukken zij de zorgkosten. Gemeenten zijn verantwoordelijk voor hun ondersteuning. Maar het wordt mantelzorgers niet gemakkelijk gemaakt. Wat kan een gemeente doen om hun waardevolle mantelzorgers te ondersteunen?


Mantelzorg is een essentieel onderdeel van de zorg in Nederland geworden. Vijf miljoen mantelzorgers nemen zorgtaken voor naasten op zich die vroeger door professionals zouden worden uitgevoerd. Dankzij de inspanning van al die mantelzorgers bespaart de zorgsector heel veel geld. Volgens Mantelzorg NL-bestuurder Esther Hendriks kost het de samenleving 44 miljard euro als alle mantelzorgers worden vervangen door professionele zorgverleners, liet zij eind oktober weten aan Binnenlands Bestuur. Toch blijft mantelzorg vaak een onderbelicht onderwerp. Tegelijkertijd wordt mantelzorg op zorg ingeschaald.

Zwaar en onbekende weg

Mantelzorgers ervaren het werk als zwaar en weten de weg naar de gemeente niet te vinden, terwijl Nederland verder vergrijst en de vraag naar mantelzorgers doorgroeit. Hoe ga je daar als politiek mee om?

‘Mantelzorg is aan de ene kant heel bekend, maar niet iedereen weet zo goed wat het inhoudt. Eigenlijk is mantelzorg het zorgen voor je naasten. Voor ouderen, voor je kind met een beperking, voor je buurman of buurvrouw die zorgbehoevend is. Eigenlijk zijn er heel veel vormen van mantelzorg. Veel mensen geven ook ‘gewoon’ mantelzorg,’ zegt Margot Leeuwin, raadslid in Huizen.

’Het kan gaan om de tuin doen, koken, maar ook een gedeelte van de zorg overnemen.’

Henk van der Linde, raadslid in de gemeente Noordoostpolder, herkent dit. ‘Mantelzorg is vaak vertrouwd. Er is een gevoel van veiligheid. Mantelzorg is zichtbaar in veel vormen. Het kan gaan om de tuin doen, koken, maar ook een gedeelte van de zorg overnemen. Het kan ook gaan om toezicht en signaleren.’

Nederland vergrijst, er komen steeds meer senioren bij. Door de vergrijzing neemt de vraag naar zorg toe en wordt deze ook duurder. Wonen in een verzorgingshuis is al lang niet meer vanzelfsprekend, ook niet als er een zorgvraag bestaat. Het overheidsbeleid is erop gericht ouderen zo lang mogelijk thuis te laten wonen. Daardoor wordt vaker een beroep op mantelzorgers gedaan.

Mentale steun

Bij mantelzorg draait het om meer dan hulp bieden bij fysieke problemen. Mantelzorgers geven vaak ook mentale steun. Eenzaamheid bijvoorbeeld speelt onder ouderen een grote rol, kaart Aya Selman aan. Het Almeerse raadslid wijst erop dat veel ouderen alleenstaand zijn doordat hun partner met wie zij alles bespraken, is overleden. Soms schamen ouderen zich voor hun problemen waardoor zij er weinig of niet over praten. Met een vertrouwde persoon uit de naaste omgeving, wat een mantelzorger is, lukt het hen soms wel over hun zorgen te praten.

‘Mantelzorg is heel mooi,’ zegt Selman. ‘Het gaat om het voor elkaar zorgen, dat is ook een heel belangrijk zorgaspect in de samenleving. Stel dat niemand meer voor elkaar gaat zorgen, dan vergroot de eenzaamheid alleen maar. Daarom is mantelzorg zo goed voor je sociale contacten en het is goed dat we leren naar elkaar om te kijken.’

Overbelasting

Politici maken zich zorgen om de overbelasting van de mantelzorgers. De druk op hen is hoog. Landelijk geeft liefst een op de tien mantelzorgers aan veel verantwoordelijkheid te voelen of stellen dat ze overbelast zijn.

‘Hoewel mantelzorg ook heel dankbaar werk is, lopen veel mantelzorgers tegen zaken aan zoals administratie,’ constateert Leeuwin in Huizen. ‘Vaak moeten zorgbehoevenden elk jaar opnieuw hulpaanvragen doen. Maar als iemand een chronische aandoening heeft, dan is die volgend jaar niet weg.’

’Vaak moeten zorgbehoevenden elk jaar opnieuw hulpaanvragen doen.’ 

Die bureaucratie wordt door veel mensen als frustrerend ervaren, weet Leeuwin. ‘Ik denk dan, geef als ambtenaar die mensen een langere indicatie. Laat ze zich opnieuw melden als de omstandigheden wijzigen,’ stelt Leeuwin. Andere frustratie veroorzaakt door de bureaucratie is dat mantelzorgers zelf moeten aantonen dat zij werkelijk mantelzorger zijn.

Jonge mantelzorgers onderbelicht

Selman wijst op een groep onderbelichte mantelzorgers. ‘Namelijk: jonge mantelzorgers. Vooral deze groep mantelzorgers krijgt vaak veel op hun bordje. Zij hebben vaak moeite met huiswerk bijhouden, komen te laat op school en moeten hobby’s laten, omdat ze voor hun ouder moeten zorgen. Waar de PvdA in Almere nu op wil inzetten, is dus ook die jonge mantelzorgers opsporen.’

Het opsporen van en de juiste informatie bieden aan mantelzorgers kan soms moeilijk zijn, weet Leeuwin uit ervaring: ‘Het probleem is ook dat niet heel veel mensen weten dat het mogelijk is steun vanuit de gemeente te krijgen. Veel mantelzorgers geven in hun eentje zorg en raken overbelast. In Huizen proberen wij de weg naar de gemeente bekender te maken.’

Informatie pas te vinden als je weet waar je naar moet zoeken.

De fractie heeft onlangs een motie ingediend om meer bekendheid te genereren voor die gemeentelijke ondersteuning van mantelzorgers, zegt Leeuwin. ‘Jarenlang was het beleid binnen de gemeente zo dat de informatie op de website was te vinden. Maar deze informatie kan je pas vinden als je weet waar je naar moet zoeken. Wij hebben een motie ingediend om ervoor te zorgen dat er een folder komt, zodat de informatie zo eenvoudig mogelijk wordt gemaakt om de juiste regelingen te vinden. Die folders kunnen dan bijvoorbeeld bij de huisarts liggen.’

Het plan van Selman om jonge mantelzorgers in Almere op te sporen, kwam helaas niet door de raad. ‘Wij wilden dat het college pilots zou draaien met meldpunten op middelbare scholen om die jongeren op te sporen. Wij willen hen opsporen om erachter te komen waar ze behoefte aan hebben en hoe wij juist hen praktisch kunnen ondersteunen zodat deze jongeren weer een stukje vrijer kunnen leven. Dat dit plan er niet doorheen kwam, deed pijn. Ik heb dan echt het gevoel dat je de mensen die hulp nodig hebben, niet kan helpen.’

Nieuwe woonvormen

Voor Van der Linde in de Noordoostpolder ligt de oplossing voor de druk waarmee mantelzorgers kampen, ook in het creëren van nieuwe woonvormen. ‘Wij zullen veel meer moeten doen in de sociale woningbouw en andere woonvormen,’ stelt hij. ‘Het systeem is zo ingericht dat ouderen zo lang mogelijk thuis moeten wonen. Maar het apparaat is niet meegegroeid in dit systeem, of kreeg er niet de juiste middelen voor. Er is bepaald beleid ingezet zonder dat over de consequenties daarvan was nagedacht. Nieuwe woonvormen kunnen ervoor zorgen dat ouderen die thuis blijven wonen, ook een beetje voor elkaar kunnen zorgen. Denk bijvoorbeeld aan een knarrenhof.’

Leeuwin herkent deze vraag naar andere woonvormen ook in haar gemeente. In Huizen wordt nu onderzoek gedaan naar mantelzorgwoningen. De zorgontvanger woont dan in een apart huis in de tuin van de mantelzorger. ‘In Huizen vragen we nu aandacht voor deze woonvorm. De gemeente onderzoekt of we dat kunnen toestaan en of dat het in bepaalde gevallen al mag.’


Afbeelding: Patricia Rehe | ANP