Laaggeletterdheid is een groot maatschappelijk probleem. Daar is iedereen – van links tot rechts – het over eens. Maar over hoe je mensen weer aan het lezen krijgt en welke rol bijvoorbeeld de bibliotheken daarin spelen, verschillen de meningen. Te vaak zien gemeenten een dure kostenpost in plaats van de plek, waar je aan leesbevordering doet. Dankzij de inzet van Kamerlid Mohammed Mohandis is de bibliotheek straks een basisvoorziening en moet iedere gemeente minimaal een locatie openhouden.


Waarom is het zo belangrijk dat bibliotheken in elke gemeente openblijven?

‘Je wil plekken hebben in een stad of dorp, waar mensen samenkomen en het lezen wordt gestimuleerd. Het aantal laaggeletterden is echt schrikbarend hoog. De leesvaardigheid hobbelt achteruit.’

Hoe komt dat?

‘Daar zijn tal van redenen voor. Laaggeletterdheid zie je in alle leeftijdscategorieën terug: van de fabrieksarbeider die zijn opleiding nooit heeft kunnen afmaken tot aan jongeren die nauwelijks meer lezen. Een kwart van de vijftienjarigen heeft grote problemen met begrijpend lezen. Je ziet dat de kinderen van nu veel minder taalvaardig zijn en bijvoorbeeld ook een mindere woordenschat hebben. De digitalisering en het overmatige gebruik van sociale media heeft er zeker mee te maken.’

Maar?

‘Maar dat is niet de hele verklaring. Ook in de ons omringende landen hebben ze te maken met digitalisering. Toch zie je dat daar de leesvaardigheid onder jongeren groter is. Ik denk dus dat je het probleem breder moet zien: allereerst is de aandacht voor Nederlandse taal in het onderwijs ondermaats, maar ook in mijn eigen portefeuille zie ik tal van raakvlakken (Habtamu de Hoop is woordvoerder onderwijs, red.). Gemeenten die de bibliotheek als sluitpost zien en de NPO die vooral opinieprogramma’s maakt, maar haar educatieve taak laat verslonzen. Laaggeletterdheid wordt helaas nog niet breed aangepakt, terwijl het wel een buitengewoon urgent probleem is.’

Wat doen jullie er vanuit de Kamer mee?

‘Gelukkig best wel wat. Het is een veelkoppig monster, dus we proberen het zo breed mogelijk op te pakken. Afgelopen november werd mijn motie om de samenwerking tussen scholen en bibliotheken te verstevigen bijvoorbeeld bijna unaniem aangenomen. Die motie paste weer bij onze oproep om te garanderen dat iedere Nederlander toegang moet hebben tot een volwaardige bibliotheek. De staatssecretaris heeft beloofd dat ze met een wet gaat komen om dat vast te leggen.’

Klinkt goed, maar ook een beetje vaag. Wat gaat daar concreet in staan?

‘De wet zelf is er nog niet, maar de strekking is dat de gemeenten een zorgplicht krijgen om bibliotheken open te houden. Het wordt dus een essentiële voorziening. Gemeenten die het nu als sluitpost op de begroting zien of het geen probleem vinden dat inwoners kilometers moeten reizen, komen dan van een koude kermis thuis.’

Zit er ook een financiële component aan? Gemeenten gebruiken de bibliotheek niet voor niets als sluitpost.

‘Ja, er komt natuurlijk geen zorgplicht zonder extra geld. Naar aanleiding van ons voorstel worden tientallen miljoenen vrijgemaakt om te voorkomen dat bibliotheken uit bepaalde gebieden verdwijnen. En ook in de toekomst zullen gemeenten geld krijgen om aan de zorgplicht te voldoen.’

Voordat de wet ingevoerd wordt, zijn we helaas een tijdje verder.

‘Hoewel het nog wel even duurt voordat de wet er is, gaat daar nu al een effect vanuit. Gemeenten en provincies die nu denken te kunnen bezuinigen op bibliotheken krijgen het straks dubbel terug. Je wordt immers verplicht om zorg te dragen voor een fatsoenlijke bibliotheekvoorziening.’

Bibliotheken als centrale plek om het lezen te bevorderen. Het lijkt logisch, maar is de bibliotheek niet bij uitstek de plek die je als laaggeletterde mijdt?

‘Misschien was dat jaren geleden zo, maar inmiddels is de bibliotheek echt meer dan de plek waar een strenge bibliothecaresse je tot stilte maant. Er gebeurt van alles. Als ik kijk naar mijn eigen Gouda, dan zie ik jongeren naar huiswerkbegeleiding komen en andere groepen die gewoon een kopje koffie komen drinken. De bibliotheek van nu moet een combinatievoorziening zijn. Op die manier trek je juist mensen die normaal gesproken niet in de bieb te vinden zijn.’

Aan welke voorzieningen moet je dan denken?

‘Denk aan de formulierenbrigade, die je helpt om ingewikkelde papieren in te vullen. Leesmaatjes, die je helpen met lezen en voorlezen. Huiswerkbegeleiding en concrete onderwijsprojecten in het kader van digitalisering. Het moet een sterk inloopkarakter hebben. Voor jong en oud. Horeca hoort daar echt bij, met alleen maar boeken ben je er niet.’

Voor steden is zo’n plek waar alle voorzieningen samenkomen heel logisch. Maar hoe zit dat in de gemeenten waar de afstanden groter zijn?

‘De wet regelt niet hoe gemeenten de basisvoorziening invullen, maar dat de bibliotheek voor iedere inwoner toegankelijk moet zijn. Hoe je het vormgeeft, zal dus verschillen. Ik kan me voorstellen dat je in een gemeente met veel kernen ervoor kiest om een aantal kleinschalige vestigingen in te richten naast een centrale plek, waar je alle voorzieningen bij elkaar brengt. Maar hoe je het ook doet: het belangrijkste is dat het moet.’

Over minder dan drie maanden zijn de Statenverkiezingen. Vind je dat de provincies hun rol als hoeders van de cultuur serieus genoeg nemen?

‘Als ik heel eerlijk ben, vind ik van niet. Je ziet toch vaak dat er achterover geleund wordt als het over cultuur en bibliotheken gaat. Dat is iets voor het Rijk of de gemeente, zegt men dan. Maar ik denk dat de provincie bij uitstek ook sociaal kan zijn. Gelukkig is dat besef in onze eigen partij en ook bij GroenLinks wel ingedaald. In provincies waar we aan de cultuurknoppen zitten, zie je dat we echt het verschil maken.’

Welke vragen zouden provincies moeten stellen om deze sociale agenda op touw te zetten?

'Wat heb je nodig om fijn te leven? Hoe zorg je ervoor dat alle uithoeken bereikbaar blijven? En hoe kan je gemeenten helpen om voorzieningen in de dorpen overeind houden? Wat dat betreft zouden provincies echt naast de gemeenten moeten gaan staan en arme gemeenten de helpende hand bieden.’


Afbeelding: John van Hamond | ANP