Gemeenten in de regio Alkmaar zonden onlangs een brandbrief naar het kabinet om te waarschuwen dat ze geen mogelijkheden meer zien om zowel statushouders, urgente doelgroepen als reguliere woningzoekenden onder te brengen in sociale huurwoningen. Hoe komt dat? En wat nu?


19.000 woningzoekenden, 2000 woningen 

Portret Paul VerbruggenPaul Verbruggen

Wethouder in Alkmaar

Er moeten dit jaar 27.000 statushouders worden gehuisvest in Nederland, twee keer zoveel als een jaar eerder. Was het een jaar geleden nog wel goed te doen?

‘Voordat de coronapandemie startte, hadden we meer dan twee keer zo weinig statushouders als nu. Het ging met enige moeite, maar het lukte.’

Hoeveel procent van de woningen gaat normaal gesproken naar statushouders en andere groepen, die voorrang krijgen wegens urgentie?

‘In Alkmaar houden we maximaal 25% van het woningaanbod apart voor bijzondere groepen. Naast statushouders moet je dan denken aan jeugdige daklozen, mensen met een woon-zorg behoefte en mensen die dakloos raken door bijvoorbeeld een echtscheiding. Gemiddeld komen er zo’n duizend huurwoningen per jaar vrij, dus dat komt neer op ongeveer 250 woningen en grofweg een vijfde van die woningen gaat dan weer naar statushouders.’

En dat is dus te weinig?  

‘Die 250 woningen waren vorig jaar ook al te weinig. De woningmarkt is gewoon heel ingewikkeld en het goed matchen van mensen aan woningen is een behoorlijke klus. 19.000 mensen zijn in de regio actief op zoek en er zijn maar 2000 woningen beschikbaar. En ondertussen neemt het aantal woningzoekenden allemaal verder toe.’

Minister Ollongren stelt twee keer € 50 miljoen beschikbaar voor tijdelijke woningen. Is dat een oplossing?

‘Ja, want het geeft ons de ruimte om de geplande woningvoorraad duurzaam uit te breiden. Probleem is echter wel dat we daar locaties voor nodig hebben. De provincie moet toestemming geven om te bouwen op bijzonder provinciaal landschap, bijvoorbeeld in het groen dus.’

Is er niet een gevaar dat tijdelijke woningen ineens permanente woningen worden?

‘Als je snel een oplossing wil, is het gewoon een hele reële oplossing. Een regulier bouwproject kost doorgaans 5 tot 7 jaar, op zijn snelst kan het in 3 tot 4 jaar. Als ik tijdelijke woningen neer kan zetten onder de vlag van de crisis- en herstelwet, kort je die periode sterk en staan er binnen een jaar  woningen.’

Maar wel ten koste van natuurgebieden?

‘Bijzondere provinciale landschappen bestaan bij ons uit weilanden aan de rand van de stad. Dus dat valt wel mee. Bovendien hebben we twee jaar geleden al een klein plan gerealiseerd: 38 volledig prefab gemaakte houten woningen, die je goed kunt stapelen en koppelen. Dat zijn dus geen containers, maar volwaardige hele duurzame woningen die minstens vijftig jaar meegaan. Ze zijn van het gas af, all-electric en ze zijn snel neer te zetten. Bij ons zijn ze als tijdelijk bedoeld, maar er is ook een woonstichting in Edam die ze als permanente woningen neerzet.’


We moeten voor ongeveer twee en half keer zoveel statushouders een woning vinden als vorig jaar 

Portret Karin SchrederhofKarin Schrederhof

Wethouder in Delft

Herken je de problematiek die door de regio Alkmaar wordt geschetst?

'Wij hebben een vergelijkbare brief gestuurd. Het is voor de provincie een ongelooflijke zoektocht om locaties te vinden voor vergunninghouders en kansrijke asielzoekers te vinden. Die locaties moeten in de buurt zijn van de stad, waar ze gaan wonen, en met de druk op de woningmarkt wil je ze ook voor een breed scala aan woningzoekenden inzetten.’

Hoeveel extra statushouders ten opzichte van vorig jaar moeten er in Delft gehuisvest worden?

‘Delft moet ongeveer twee en een half keer zoveel statushouders verdelen als vorig jaar. Dat komt redelijk overeen met Alkmaar vanwege de landelijke verdeelsleutel.’

Hebben jullie net als Alkmaar een procentuele verdeling voor reguliere en urgente woningzoekenden?

'We hebben een huisvestingsverordening voor Haaglanden. Daarin zijn wel doelgroepen opgenomen die urgentie hebben, maar we hebben daar geen getallen of percentages aan gekoppeld. Daarnaast is er ruimte voor lokaal maatwerk. Je kan bijvoorbeeld ook nog voorrang geven aan ouderen. In de regio willen wij wel een bepaalde verhouding tussen reguliere verhuur en verhuur met voorrang. Dit om draagvlak te houden bij alle woningzoekenden.’

Zie je een systeem met een procentuele verdeling wel zitten?

‘De discussie daarover speelt hier wel. Normaal gesproken is de verdeling ook zonder percentages wel goed, maar nu er voor dubbel zoveel statushouders een woning gevonden moet worden, is het ingewikkelder. Het is een enorme puzzel. Zeker omdat er extra lastig te plaatsen doelgroepen tussen zitten, denk aan grote gezinnen.’

Is extra geld de oplossing?

'Niet alleen. Er zijn gewoon heel weinig locaties. We hebben toevallig net een discussie met de provincie gehad over flexwonen. Daarbij bleek dat flexwoningen alleen rendabel zijn als je ze minstens vijftien jaar laat staan. En dan eigenlijk ook alleen nog als je ze daarna eventueel kunt verplaatsen en dus nog langer kunt gebruiken. Ik hoop vooral dat het Rijk regelt dat we over vijftien jaar weer voldoende reguliere woningen hebben.’

Het tekort aan woningen is heel acuut. Levert dat al schrijnende praktijken op?

‘Zeker. In Haaglanden is de wachttijd voor woningzoekenden, die niet tot een urgente doelgroep behoren, opgelopen tot 68 maanden. We halen onze taakstellingen nog wel, maar dat betekent dus wel dat zij nog meer weg worden gedrukt.’

Is dat dan weer koren op de molen van rechtse partijen?

‘Ja, maar dat komt dus niet door de statushouders. Zij zitten ook in een andere positie: doorstromers op de woningmarkt hebben in ieder geval al een huis, mensen, die hier nieuw komen, hebben niets. Het probleem ligt bij de stapeling aan opgave en de enorm krappe woningmarkt.’


Deventer heeft heel weinig eigen grond 

Portret Rob de GeestRob de Geest

Wethouder in Deventer

Steunen jullie de brandbrief van de regio Alkmaar?

‘Ik ken de letterlijke tekst niet, maar ik deel de zorgen zeker. Ook bij ons buiten de Randstad is het krap. Vorig jaar lukte het nog net. We hebben nu gemiddeld een jaar wachttijd voor een sociale huurwoning hier. Met de aanstaande verdubbeling aan te plaatsen statushouders en met de verwachtingen voor de komende tijd wordt het ingewikkeld.’

Wat zie je als oplossing?

‘Sowieso bouwen, maar dat is natuurlijk niet volgende week geregeld. Tempo maken vooral dus, zodat we in zijn geheel voldoende woningen hebben. Op de korte termijn zullen we creatiever moeten worden met bijvoorbeeld tijdelijke woningen. Daar kijken we nu naar, maar daar zijn nog geen concrete stappen in gezet.’

In Delft geven ze aan dat tijdelijke woningen pas betaalbaar zijn als je ze minstens een jaar of vijftien laat staan. Verbaast je dat?

‘Nee, dat verbaast me niet. Je moet dus ook grond voor zeker tien jaar beschikbaar stellen. Daar kan je dan niets anders meer mee doen. Dat maakt het extra complex, want Deventer heeft weinig grond in bezit en voor de grond die we wel hebben zijn al andere bestemmingen bedacht.’

Is er überhaupt laaghangend fruit waardoor je op korte termijn meer woningen kan realiseren?

‘Weinig. Hooguit wat leegstaande kantoorgebouwen, die je op korte termijn kunt transformeren. Maar zelfs dat is lastig: op industrie- of bedrijventerreinen kan een woonbestemming bijvoorbeeld vaak niet.’

Zou noodwetgeving helpen?

‘Ik denk het wel. Dat zou heel veel groepen, die woningen zoeken, kunnen helpen. We krijgen nu gewoon een opdracht opgelegd met het aantal personen dat je moet koppelen aan woningen. Een langere uitzonderingspositie voor bepaalde gebieden of gebouwen zou een uitkomst zijn. Dan kan je daar makkelijker ontheffingen voor regelen. Je hebt op dit moment weinig mogelijkheden om iets met leegstaande panden te doen. Een leegstandsverordening is in de praktijk een lege huls, zelfs als een pand al vele jaren leeg staat.’

Kan het Rijk nog iets anders betekenen?

‘Het zou enorm helpen als de IND haar cijfers op orde had. Doordat hun capaciteit niet op orde was het afgelopen jaar, worden wij nu ineens geconfronteerd met een flinke golf aan nieuw te plaatsen mensen. De Rijksoverheid moet het beter organiseren, zodat het voor gemeenten goed te doen blijft.’

De minister stelt twee keer € 50 miljoen beschikbaar. Waar wil je dat geld in Deventer voor gebruiken?

‘Voor het bouwen van tijdelijke woningen, voor het transformeren van kantoren en het financieren van de onrendabele top. Maar dat alles valt of staat met het hebben van voldoende locaties en daar hebben we grondeigenaren voor nodig. Het blijft ook met meer geld ingewikkeld. Dit vraagstuk vraagt om creativiteit en samenwerking.’


Bijschrift afbeelding: In Utrecht zijn op de rand van Leidsche Rijn tijdelijke woningen voor statushouders en andere urgente groepen woningzoekenden gebouwd

Afbeelding: Werry Crone | ANP