Hoe concreter de plannen voor windmolens en zonneparken worden, hoe meer weerstand er vanuit bewoners lijkt te komen. De RES 1.0 is 1 juli aangeboden aan het Nationaal Programma Regionale Energie Strategie. Is dit dan het al vaak aangekondigde begin van de duurzaamheidstransitie in gemeenten? Of zijn er vooral veel luchtkastelen bedacht?


Aan Súdwest-Fryslân zal het niet liggen 

Portret Pieter-JanPieter Jan Scholtanus

Raadslid in Súdwest-Fryslân


Zijn jullie er goed uit gekomen met het invullen van de RES?

‘Het was wel een opgave. Niet even iets wat we zo uit onze mouw konden schudden. Onze RES is voor de regio Friesland en ging in eerste instantie uit van 2,5 terawattuur (TWh). Uiteindelijk zijn we uitgekomen op 3 TWh.’

Waarom hebben jullie ingezet op meer?

‘Uit de gesprekken met de Friese gemeenten bleek dat het ambitieniveau hoger lag. De regio Friesland kan 3,0 TWh met een uitloop naar 3,5 TWh opwekken.’

Maar is dat niet vooral een papieren werkelijkheid?

‘Nee juist niet. Uit de tender van andere RES regio’s blijkt inderdaad dat daar meer projecten op aanname zijn opgenomen. Maar dat is in het Friese bod niet het geval.’

Wat doet Súdwest-Fryslân zelf?

‘Als gemeente met het grootste oppervlakte bieden wij met ongeveer 1,5 TWh de meeste energie binnen de regio Friesland. Dat is dankzij het windmolenpark in en rond het IJsselmeer.’

Is daar geen weerstand tegen?

‘Natuurlijk was er weerstand, maar door gesprekken en een fonds voor investeringen in de omgeving is dat uiteindelijk weggenomen.’

Verwacht je dat de geplande projecten allemaal doorgaan?

‘Ja, met RES 1.0 komt het in Friesland wel goed. Met name door de grote inbreng van windenergie vanuit Súdwest-Fryslân. De totale opgave van 35 TWh in Nederland voor 2030 zal worden gehaald, maar de volgende stap naar RES 2.0 wordt moeizamer, ben ik bang.’

En reguliere zon- en windparken? Gaan daar de handen voor op elkaar?

‘Daar is zeker discussie over. Mensen staan hier niet te springen om zonneparken, dus we kijken vooral naar windmolens. Na de twee grote windparken hebben we gezegd “niet meer windmolens in onze gemeente”. Daar zijn we op teruggekomen voor wat betreft de windmolens tot een hoogte van 15 meter. Deze kunnen worden geplaatst bij agrariërs en zijn voor de eigen stroomvoorziening.’

Zie je verder nog kansen?

‘Grote windmolens langs de Afsluitdijk zetten lijkt het meest logische, er is dan weinig landschapsvervuiling en de mensen die gebruik maken van de Afsluitdijk vinden het niet erg. Maar de windmolens moeten wel langs de 32 km lange weg worden geplaatst en niet midden op het IJsselmeer.’

Zitten er nog adders onder het gras?

‘Netbeheerders hebben veel geld nodig voor netuitbreiding en verzwaring. Het is nu al gebleken dat op veel punten de toevoer van zonne-energie voor problemen zorgt. De rekening wordt via transportkosten bij de burger gelegd. Wij vinden als PvdA-SWF dat het niet zo kan zijn dat iemand met een laag inkomen percentagegewijs meer uit moet geven aan energie dan iemand met een hoog inkomen.’

Je wilt dus inkomensafhankelijke transportkosten?

‘Dat zou een idee kunnen zijn. Maar de Rijksoverheid kan ook investeren in het netwerk zonder de burgers hiervoor de rekening te presenteren.’


‘Participatie blijft een beetje schipperen’

Portret WietzeWietze de Wind

Raadslid in Noordenveld


Veel weerstand tegen windmolens gaat over overlast, natuurschade en gezondheidsrisico’s. Is dat bij jullie ook aan de orde?

‘In zekere zin wel, maar bij ons was de vraag eigenlijk niet of er windmolens moesten komen. We hebben hier veel meer ingezet op zonneweides.’

Dat is dus precies tegenovergestelde van Súdwest-Fryslân, waar ze juist weinig zonneparken willen?

‘We hebben er simpelweg weinig aanvragen voor gehad. Overigens, als we aanvragen voor windmolens krijgen, dan gaan we in beginsel voor kleine.’

Zonneweides dus, is daar dan géén gedoe over?

‘Jawel, maar dat komt vooral doordat inwoners altijd het idee hebben dat ze te laat geïnformeerd worden. Er komen bij participatietrajecten vaak weinig reacties tot iets echt heel concreet wordt. Op zich is dat logisch, maar het zou mooier zijn als mensen eerder mee praten over hoe ze een wijk ingericht willen zien.

Nu hebben we soms een schetsplan, waar nog veel wijzigingen op mogelijk zijn. Maar dat zien mensen vaak als iets definitiefs en dan worden ze boos. Of ze haken pas aan op het moment dat er al wél definitievere plannen zijn. Participatie blijft een beetje schipperen zo.’

Er wordt ook wel eens gezegd dat de RES-doelstellingen botsen met doelstellingen op het gebied van extra woningen. Is dat ook een discussie in Noordenveld?

‘Niet direct. Wij willen ook graag extra woningen, maar daar speelt het nog niet. De plek die wij voor ogen hebben voor zonneweides zijn niet geschikt voor extra woningen.’

De zoekgebieden zijn nu in kaart gebracht, maar gaat het ook écht lukken?

‘Ik weet niet of de doelstellingen helemaal gehaald worden. Inwoners vragen natuurlijk ook wat ze er voor terug krijgen. Als dat in orde is, dan vinden mensen het meestal wel goed. Maar er zullen altijd mensen mordicus tegen zijn, zelfs als je bijvoorbeeld zonnepanelen niet eens vanaf de weg kunt zien. Ik verwacht wel dat we er uit komen, wij hoeven als gemeenteraad alleen het laatste tikje te geven.’

Hoeveel heeft Noordenveld aangeboden in de RES 1.0?

‘Vrij weinig in vergelijking met andere gemeenten. Wij hoeven maar 0,11 TWh te leveren.’

Juist in Drenthe is veel ruimte, daar zou toch veel meer moeten kunnen?

‘Op papier wel, maar in de landelijke verdeling is dit er uit gekomen. Ik denk overigens wel dat we in de praktijk meer gáán bieden. Met zon op daken komen we ver: daarmee willen we in de top 100 van alle daken zitten.

Als je alle projecten en pilots in ons beleidskader bij elkaar optelt, kom je ook op een aardig getal uit. RES 1.0 gaan we halen en eigenlijk verwacht ik voor RES 2.0 ook weinig problemen. De projecten waar we nu mee bezig zijn lopen daar eigenlijk al op vooruit.’


‘Veel inwoners zijn zelf al enthousiast aan de slag’ 

Portret FimkeFimke Hijlkema

Wethouder in Ooststellingwerf


Hoe is het RES-proces bij jullie verlopen?

‘In Friesland werken de gemeenten, netbeheerders, waterschap, provincie en de Friese Energiealliantie nauw samen. In de energiealliantie zitten alle partijen die iets met energie te maken hebben, dus bijvoorbeeld ook nog landbouw- en natuurorganisaties.

Elke gemeente heeft natuurlijk een eigen aanbod ingeleverd. Daarbij geldt dat de provincie niet wil dat er grote windmolens komen, behalve in het IJsselmeer. Op land hebben we eigenlijk bijna nergens grote windmolens gepland staan. Dat beperkt de mogelijkheden om uiteindelijk tot het doel te komen om energieneutraal te worden. En de provincie wil ook graag zon op daken in plaats van grote zonneweides, om de aantasting van het landschap te beperken.’

Dan blijft er weinig over?

‘Precies. We hebben al veel zonneparken aangelegd, maar in de Provinciale Staten is gezegd dat we eerst moeten kijken naar zon op daken. Dat lijkt me niet voldoende om de doelstellingen te halen.’

Wat nu?

‘Voorlopig kunnen we voldoen aan de vraag die in de RES 1.0 wordt gesteld. RES 2.0 wordt lastiger. We zijn in Friesland met aquathermie bezig en we kijken ook naar biogas. Of het daarmee gaat lukken weten we nog niet.’

Waarom niet?

‘Het is een puzzel. Er zijn hier bijvoorbeeld wel mensen die zonnepanelen op daken hebben en die warmtepompen hebben geïnstalleerd, maar er zijn ook veel mensen die een woning huren en zo’n investering zelf niet kunnen betalen of mogen doen. Warmtenetten op het platteland gaan niet, dus we moeten echt naar individuele voorzieningen kijken.’

Zijn jullie daar al mee bezig?

‘Ja. En we zien dus dat het meekrijgen van burgers in de warmtetransitie lastig is. Dat gaat niet eens om de vraag of ze wel willen, maar of ze wel kunnen. Een warmtepomp kopen en je woning isoleren is niet goedkoop.’

Kunnen jullie inwoners daarmee helpen?

‘De gemeente is niet in staat om zelf grote subsidies te geven. Niet alleen Ooststellingwerf, maar alle gemeenten in Friesland hebben moeite om hun begroting rond te krijgen. We vinden dat het Rijk daar geld voor beschikbaar moet stellen.’

Is dat voldoende om iedereen mee te krijgen?

‘Zelfs als dat geld er komt moet je mensen nog steeds vroegtijdig betrekken bij de planvorming. Het is voor veel mensen een ver-van-mijn-bed-show: ze denken “2050, dat zal mijn tijd wel duren, dan zijn er vast weer andere technieken”.’

Onze gemeente heeft daarom 2030 als doelstelling neergezet. Daarmee laten we zien dat het hoog op onze agenda staat. Iedereen moet zich bewust zijn van de opgave die we hebben en dat we dat alleen maar samen kunnen. ’

In de media klinkt het vaak alsof er erg veel weerstand is, maar politici geven telkens aan dat het wel gaat lukken met de RES’en. Hoe kan dat?

‘Veel inwoners zijn zelf al enthousiast aan de gang. Maar als een meerderheid ergens voor is, dan is dat geen nieuws. Dus komen juist de tegenstanders in de krant. Die mensen zijn er ook écht tegen en ze hebben er écht slapeloze nachten van, maar alle belangen moeten worden afgewogen en niet alleen die van degenen die ergens naast wonen. Dat is ook het dilemma waar je mee zit: iedereen vindt het prima dat er wat aan de energievoorziening wordt gedaan, maar niet in de eigen achtertuin.’

Ze verliezen die discussies dus vaak vanwege het algemeen belang?

‘Ja, en voor de RES’en betekent het uiteindelijk dat die grotendeels gewoon uitgevoerd gaan worden. Het is geen papieren tijger die in een la verdwijnt. Wat lokaal het draagvlak kan vergroten, is ervoor zorgen dat opbrengsten bij inwoners terecht komen en dat een windmolen bijvoorbeeld dus echt een molen van het dorp is en niet van een of andere investeringsmaatschappij. Dan is zoiets ineens wél fijn in je achtertuin.’


Afbeelding: Peter Hilz | ANP