Portret JacquelineSophie Hermans heeft de gemoederen wel bezig gehouden. Eerst met haar toespraak tijdens het VVD-congres die ze eindigde met de woorden ‘ik ben Sophie’. En daarna de aanval van Wilders die haar verweet de assistent tassendrager van Rutte te zijn.

Hoe je ook reageert, je kunt het als vrouw nooit goed doen. Altijd vinden anderen wel een aanleiding om de nadruk te leggen op je kwetsbaarheid en zetten ze dat als zwakte neer. Ook nu weer. Wilders met een persoonlijke aanval tegenover Sophie die even nadenkt voordat ze met een beetje emotie in de stem reageert, en meteen het oordeel: Sophie breekt. De voorzitter stamelt tevergeefs wat bezwerende woorden, Kamerleden spreken schande van de woordkeus van Wilders en Heerma haast zich naar voren om als een echte ridder een lans te breken voor de dame in nood. Hoe anders was dat toen diezelfde Wilders Cohen het schoothondje – de bedrijfspoedel – van Rutte I noemde en de Kamer in lachen uitbarstte.

Het laat het verschil tussen de houding ten opzichte van mannen en vrouwen zien. Even een momentje van iets van emotie laten zien en je wordt als vrouw afgeserveerd. Binnen de VVD werken ze daar vrolijk aan mee. Zo is Fred Teeven genadeloos in zijn oordeel. Ze moet veel harder worden. Een anoniem oud-Kamerlid vindt haar een brekebeen, terwijl een ander oud-Kamerlid haar verwijt geen ruggengraat te hebben. Oftewel, hoe kleineer je een vrouw in de politiek?

Eerder waren er de reacties op de toespraak tijdens het VVD-congres. Naar haar politieke loopbaan kun je inderdaad op verschillende manieren naar kijken. Als de Sophie die alles mee heeft in het leven, dochter van wat eens een gevierd politicus was – inmiddels vooral bekend dankzij zijn verzameling bijbaantjes – en de persoonlijk assistent van Mark Rutte. Een meisje met minimaal zes van de zeven vinkjes van Joris Luyendijk. Wit en bevoorrecht. Allemaal nog waar ook.

Maar dat Sophie daar op het congres een ander beeld tegenover probeerde te zetten, was eigenlijk best wel moedig. Ja, het klopt dat ik bevoorrecht bent, maar ik ben ook zus, tante, politica, doelgericht, ga uit van goede intenties en ben niet naïef. Een toespraak van iemand die zo bevoorrecht is, dat het in haar nadeel gaat werken. Immers, zal het Sophie ooit lukken om los te komen van het idee dat ze fractievoorzitter is geworden en eerder persoonlijk assistent was, omdat haar vader Loek Hermans heet?

Het was een dappere poging. Ik heb daar wel waardering voor. Maar tegelijkertijd blijf ik er ook wel een ongemakkelijk gevoel aan overhouden. Een beetje vergelijkbaar met de emotie, die ik voel, als ik Sander Schimmelpenninck hoor praten over de kloof tussen arm en rijk. Beiden hebben de klok horen luiden, maar weten de klepel nog niet echt te vinden. Een brug slaan naar ons gewone mensen lukt niet. Het verschil in klasse is blijkbaar toch te groot.


Afbeelding: Bart Maat | ANP